Hoofd en hart
Als kleinzoon van een binnenschipper leerde ik Nederland vanaf het water kennen. Het meervoud van ‘polder’ was nog ‘polders’, we keken om smetjes in de maritieme geschiedenis heen, we schrijven 19Noach.
We blijven nog even bij het boten thema. Ze liggen er weer! Fuck die zwaluwen, voor mij begint de zomer elk jaar als de vloot van pleziervaarders in Utrecht aanmeert. Met dure jachten van het Saint-Tropez type durft niemand zich hier te vertonen. Toch zie je enkele dikbuikige kapiteins – ja, echt, met zo’n olijke witte pet – op hun poging tot protserigheid. Over het algemeen echter houdt het hier met tien meter op. Ik kan genieten van de prachtig verbouwde tjalken en originele, tachtig jaar oude sleepbootjes. Maar ook van gloedjenieuwe motorjachtjes, met door moeders gehaakte gordijntjes. En van studentes in een drijvende badkuip. En anders dan in onze hoofdstad kan men hier fijn een rondje over de singels varen, zonder uit te hoeven wijken voor al te veel vrijgezellen geweld, of salonboten van het type: ‘Als u links kijkt..’ Rondvaartboten zijn hier – net als de mensen – meer van het open type en in de groene stad Utrecht krijgen meeuwen ook een kans. Neem een pluutje mee.
Ik wil trouwens een lans breken voor de benaming ‘Hartstad’. Die naam past Utrecht als de jas van de hier ruim 50 jaar geleden overleden Tom Manders. Zingt u mee? ‘Er wonen twee motten, in m’n ouwe jas. En die twee motten, die wonen er pas.’ ‘Hartstad’ niet alleen vanwege de geolocatie. Je vindt er binnen de singels veel van wat goed voor je is. Die singels liggen als longen om het historisch centrum, waar de dappere Dijksma en team verstandig mee omgaan. Ons stadsie heeft alles wat je bij zo’n oude, Grande Dame verwacht. Heel veel verleden en door de levenservaring een scherp beeld bij de toekomst. Vooralsnog – Utereg is waakzaam – houden we het aantal coffeeshops en sportcafé’s (‘is dat een contradictio in terminis, opa?’) bescheiden. Bierfietsen zul je hier niet vinden, je kunt op de fiets langs acht lokale brouwerijen. Dat mag.
Qua cultuur zijn wij niet onderbedeeld (hoor ik daar een azijnpisser een progressief links ‘meer, meer’ scanderen?) Bij mij ligt barbarisme nog altijd op de loer, ik licht twee kunstvormen uit waar ik iets mee heb. Er is een keur aan muziekfestivals en binnengebeuren in zalen als Tivoli, De Helling, Ekko en Acu. De filmliefhebber kan zich naast die roodpluchen blockbuster paleizen ook onderdompelen in de ambiance van drie arthouse bioscopen: Springhaver, Slachtstraat en Louis Hartlooper Complex. Bij ‘Louis’ worden de films ingeleid met een zogenaamde ‘explicatie’, een Utrechtse traditie sinds 1908, uit de tijd van de stomme film.
De boffende botenmens meert voor een nachtje of een weekend aan op de Catharijnesingel. En klimt de aarden wal over om zich in het middeleeuwse stadshart van onze Hartstad (hij klinkt best lekker, vindt u niet?) te verliezen in leuke straatjes en stegen, en unieke winkels en eettentjes.
Voor twee tientjes liggeld (kan gewoon met QR, u hoeft echt geen intermenselijk contact te hebben) mag je hier een etmaal verblijven. In de Hartstad.