Skip to main content

Exodus

Auto fellatio is niet altijd wat u denkt. Soms is een auto best handig. Ik wil het met u hebben over de bouwvakvakantie. (‘Bouwvakvakantie’ is het enige woord in de Nederlandse taal met ‘vak’ in meervoud, waar u niet meteen ‘vullen’ achter denkt.) Vullers, voegers, zweters en zwoegers, vanaf eind juli komt er een exodus op gang van welhaast bijbelse proporties. Dan spannen we weer onze karossen voor en leveren we en masse met de sleurhut een extra bijdrage aan het fileleed. Een groot deel van de landgenoten trekt tijdens de bouwvak naar het nabije buitenland. De Nederlandse bevolking wordt ververst – dat is al jaren aan de gang – met andere Europeanen, met Amerikanen en Aziaten.

We ontmoeten leuke Engelsen in Twente (van een ander slag dan diegenen die in Amsterdam nogal eens shocking klem between de deuren van de tram zitten). Op Vlieland spreken we Vietnamezen. En in de mergelgrotten van Valkenburg komen we een Texaan tegen, op zoek naar de KFC.  Ons (voorheen) koude kikkerlandje wordt door boeren en burgers uit het buitenland best gewaardeerd. Van het TV programma ‘Ik vertrek’ weten wij al dat er bij de mensen een romantisch beeld van ‘het buitenland’ bestaat.

Hoe herkennen wij een Nederlandse caravan in den vreemde? Vrij eenvoudig: aan de gehaakte gordijntjes en een sticker op de achterkant: ‘De mijne is langer’. Het wachten is op een creatieve geest die voornoemde twee manieren van identificatie verenigt. Witwollen huisvlijt met de gewraakte spreuk erin verwerkt. Kenners ontwaren regionale verschillen. De Limburger heeft nu eenmaal een andere haaksteek dan de Zeeuw. Ook het gebruik van kleuren zal onderscheidend zijn. Geïnspireerd door de vlag van de provincie, regio, of carnavalsvereniging. Het zal de burger wat te doen geven.

Ik zag ‘hem’ onlangs op een Friese camping op de dagelijkse inspectieronde. Op sokken-en-sandalen, op een keukentrapje, met een emmer en een sponsje de achterruit van de caravan van het merk ‘Chateau’ afsoppen. Terwijl moeders binnen het nestje opleukte met kekke, Zweedse kussentjes en boeketjes uit de vrije natuur. Dat is nog eens wat anders dan zuipen op het veldje met je zomerburen.

Dat comazuipen vol in het zicht van de kinderschare heeft zo zijn nadelen, denk ik – los van de voorbeeldfunctie. De grenzen van het betamelijke worden meer diffuus. De buurvrouw in bikini en de buurman in Roelvink speedo winnen nog wat aan aantrekkingskracht. Voor dat je het weet zit er volgend jaar een andere man achter het stuur en zie je de gehaakte natrap:

‘De zijne is toch langer.’

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Leave a Reply